Een schriftelijke kennistoets opstellen

Wat is het?

Een schriftelijke kennistoets is het klassieke examen waar kennis, inzicht en elementaire toepassing wordt bevraagd.

Waarom belangrijk?

Een schriftelijke kennistoets heeft een aantal voordelen. Uiteraard zal de geschiktheid van deze toetsvorm afhankelijk zijn van je doelstellingen.

Voordelen voor de student:

    • Studenten ervaren deze evaluatievorm meestal als minder stresserend dan mondelinge examens omdat ze meer tijd hebben om na te denken.
    • Studenten krijgen (meestal) meer examenvragen dan op een mondeling examen, zo wordt een groot deel van de cursus bevraagd, op die manier krijgen ze een representatief cijfer

Voordelen voor de docent:

    • Een schriftelijk examen afnemen is meestal minder tijdsintensief dan een mondeling examen afnemen. Het evalueren van de examenkopijen daarentegen is vaak tijdrovend.
    • Verbeterwerk kan over verschillende beoordelaars en in de tijd gespreid worden, op voorwaarde dat er een goed uitgewerkte verbetersleutel is.
    • Er is een schriftelijke neerslag, wat het beoordelen nadien eenvoudiger maakt: de papieren kopij kan – mits de nodige aantekeningen – ook gebruikt worden om de beoordeling te staven.

Hoe doen?

(1) Gebruik een toetsplan. Een toetsplan helpt om een representatief examen op te stellen. Kijk voor meer informatie over het opstellen van een toetsplan op deze tip.

(2) Bouw logisch op. Plaats vragen van hetzelfde type bij elkaar (multiple choice vragen bij elkaar en open vragen bij elkaar) en plaats de multiple choice vragen voorop. Studenten besteden veel tijd aan het beantwoorden van een open vraag. Als de gesloten vragen eerst staan dan beperk je het risico dat studenten geen tijd meer hebben om de gesloten vragen te beantwoorden.

(3) Heldere vraagformulering. Formuleer je vragen zo duidelijk mogelijk en geef heldere instructies over het type antwoord dat je verwacht. Meer info over het opstellen van heldere multiple-choice vragen, meer info over het opstellen van heldere open vragen.

(4) Met twee zie je meer. Hanteer het twee-paar-ogen principe: toon je examen aan een collega en vraag hem of alles duidelijk geformuleerd is.

(5) Beoordeel betrouwbaar. Stel een antwoordmodel op dat je gebruikt bij de beoordeling. Een antwoordmodel beschrijft je criteria voor een goed antwoord en het gewicht dat je geeft.  Meer info over het opstellen van een antwoordmodel voor open vragen, meer info over het opstellen van een antwoordmodel voor multiple-choice vragen.

(6) Bereid studenten voor. Werk met representatieve voorbeeldexamens (representatief wat betreft het aantal vragen, het type vragen en de moeilijkheidsgraad van de vragen). Bereid studenten ook voor op je beoordeling en op open vragen. Meer informatie vind je hier.

Meer weten?

Neem de checklist mondelinge en schriftelijke examens door.

Bronnen

Bender, W. (2003). Toetsen in het hoger onderwijs. Assen: Koninklijke Van Gorcum,  8-26.

Clement, M. & Laga, E. (2006). Steekkaarten doceerpraktijk. Antwerpen: Garant, 253-260.

Teelen kennismanagement (2004). Toetsontwikkeling in de praktijk: hoe maak ik goede vragen en toetsen.

Erkens, Tom (2014). Toetsen met open vragen. In Van Berkel, H., Bax, A. & Joosten-ten Brinke, D. (Red.) (2014), Toetsen in het Hoger Onderwijs. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

https://www.kuleuven.be/onderwijs/evalueren/schriftelijk